Eindtermen eerste graad Nederlands - Ronde 2 (13:00 - 14:15)

Keuze Lesgever
2.01 Exploratieve gesprekken bij luisteren en spreken, een tegengif voor decibels en buiktaal Jan T'Sas

Laat leerlingen met elkaar praten, bijvoorbeeld tijdens groepswerk, en het resultaat is vaak: veel decibels en weinig luisteren, veel buiktaal en weinig argumenten, veel onenigheid en weinig consensus. En dan is er nog die ene leerling die het gesprek domineert en die ander die nauwelijks wat zegt.

Hoe krijgen we de nutteloze decibels naar beneden? Hoe kunnen leerlingen al pratend echt van elkaar leren? Kortom, hoe kunnen we gesprekken tussen leerlingen effectiever maken? Een nieuwe, wetenschappelijk onderbouwde didactiek focust eindelijk op het spreken en luisteren zelf: maak kennis met het exploratieve gesprek.

Deze sessie zoomt concreet in op de volgende nieuwe eindtermen:

10.3. De leerlingen bepalen wat de hoofdgedachte en de hoofdpunten zijn in [geschreven en] gesproken teksten in functie van doelgerichte informatieverwerking en communicatie.

10.8. De leerlingen nemen deel aan schriftelijke en mondelinge interactie in functie van doelgerichte communicatie.

10.10. De leerlingen gebruiken kenmerken, mogelijkheden en principes van het Standaardnederlands als communicatiemiddel in functie van doelgerichte communicatie.

4.5 De leerlingen hanteren strategieën om tot constructieve oplossingen voor conflictsituaties te komen. (transversaal)

4.7 De leerlingen onderbouwen een eigen mening over maatschappelijke gebeurtenissen, thema’s en trends met betrouwbare informatie en geldige argumenten. (transversaal)

Jan T’Sas, praktijkassistent Nederlands in de lerarenopleiding en docent Taal en Leren aan de Universiteit Antwerpen. Sinds 2018 doctor in de Onderwijswetenschappen op basis van praktijkonderzoek over sprekend leren.


2.02 Differentiëren op basis van de nieuwe eindtermen Nederlands Gino Bombeke

Met de nieuwe eindtermen worden leraren meer dan ooit aangesproken als designer. Ook de nieuwe organisatievormen (flexuren, remediëringsuren, verdiepingsuren…) in het licht van de modernisering vragen om een aanpak die inspeelt op verschillen tussen leerlingen.

In deze sessie vertrekken Peter en Gino van de nieuwe eindtermen om in te gaan op differentiatie binnen de lessen Nederlands. Zij focussen op de eindtermen ‘Competenties in het Nederlands’ en staan stil bij manieren om met en naast de taxonomie van Bloom in te gaan op remediëring, verbreding en verdieping binnen een leerlingengroep. Verder verkennen ze de mogelijkheden die de verschillende tekstsoorten bieden; meer dan vroeger krijgen lerarenteams te kans om eigen klemtonen te leggen in de keuze van teksten.

Bij het formuleren van de suggesties houden ze ook rekening met de verschillende organisatievormen die op dit moment ingericht worden.

Gino Bombeke en Peter Van Damme zijn ex-leraren Nederlands, vakbegeleiders Nederlands voor Katholiek Onderwijs Vlaanderen en lectoren aan de SLO Nederlands van de KU Leuven.


2.03 Lessen ontwerpen met de nieuwe taxonomie van Bloom Eef Rombaut

De nieuwe eindtermen  werden uitgeschreven op basis van de herziene taxonomie van Krathwohl & Anderson. Die taxonomie stelt je in staat om je lessen doordacht en kwaliteitsvol te ontwerpen en met je collega’s te communiceren over je onderwijspraktijk.

In deze algemene vorming krijg je achtergrondinformatie om de verschillende onderdelen van de taxonomie goed te kunnen begrijpen.

We reiken concrete handvatten aan om met de taxonomie aan de slag te gaan.

Eef Rombaut is praktijkassistent Universiteit Antwerpen en pedagogisch adviseur in het Katholiek Onderwijs Vlaanderen.


2.04 ‘Wat een prachtig drama!’ Literatuur in het Nederlands beleven in de eerste graad. (VOLZET) Kathleen Leemans

De leerlingen verwoorden hun gedachten en gevoelens bij het lezen en beluisteren van fictionele teksten met een literaire inslag met ondersteuning van elementaire literaire en narratieve concepten.

‘Literatuur in het Nederlands beleven’ krijgt als bouwsteen een volwaardige plaats in het curriculum Nederlands, vanaf de eerste graad.

Welke artistiek-literaire teksten zijn geschikt?

Hoe kunnen de leerlingen fictie en non-fictie onderscheiden?

Hoe kunnen de leerlingen hun gedachten en gevoelens verwoorden bij de personages, verhaallijn, tijd en ruimte?

En hoe maak je daarbij functioneel gebruik van verschillende elementen van taal?

Samen ontdekken we het literatuuronderwijs van de nabije toekomst, langs een verrassend, literair parcours.

Kathleen Leemans, pedagogisch begeleider Nederlands voor het GO! onderwijs van de Vlaamse Gemeenschap


2.05 Heb je er zin in? Het is maar een woord… Geïntegreerd taal beschouwen in de eerste graad A (VOLZET) Marleen Lippens

Naar aanleiding van de nieuwe doelen Nederlands A-stroom die vanaf 1 september 2019 van start gaan, zoeken we naar een mogelijke aanpak voor een aantal aspecten binnen taal, taalgebruik en taalsysteem.

Wat is anders? Wat is identiek? Wat is nieuw? Aan de hand van enkele voorbeelden bespreken we mogelijkheden om geïntegreerd te werken, om vanuit communicatie en in functie van communicatie ook bij het taalsysteem stil te staan.

Marleen Lippens, Katholiek Onderwijs Vlaanderen


2.06 Van klein naar groot: Wat leren kinderen voor ze starten in het secundair onderwijs? Deirdre De Bock

Een globale vergelijking van de eindtermen BaO met de eindtermen 1ste graad SO.

Op zoek naar een klare kijk op de beginsituatie van je leerlingen? Waarop leggen we in het basisonderwijs de focus? En op welke manier gaan we te werk?

Tijdens deze sessie worden de verschillen (én gelijkenissen) tussen het basisonderwijs en de 1ste graad toegelicht.

Deirdre de Bock werkt voor de pedagogische begeleidingsdienst van het GO! waar ze zich vooral toespitst op het nascholen en  begeleiden van schoolteams binnen  Nederlands.


Terug naar overzicht van workshops