10de Welzijnsdag voor het onderwijs - 2de ronde (10:45 - 12:00)

Op het vlak van de preventie van de psychosociale risico’s op het werk, dient de preventieadviseur van de interne dienst rekening te houden met deze risico’s bij het uitvoeren van zijn opdrachten, bijvoorbeeld in het kader van de risicoanalyse (die zal uitgevoerd worden samen met de preventieadviseur psychosociale aspecten wanneer deze deel uitmaakt van de interne dienst), van de analyse van arbeidsongevallen.

De preventieadviseur arbeidsveiligheid van de interne dienst, zal onder bepaalde voorwaarden, automatisch de informatieopdrachten van de vertrouwenspersoon uitvoeren.

Dit laat de preventieadviseur van de interne dienst toe zijn coördinatieopdrachten uit te voeren en aldus een brug te vormen tussen de externe preventieadviseur psychosociale aspecten en de werkgever.

Het KB van 4 december 2012 legt de werkgever op om een elektrisch dossier samen te stellen van zijn elektrische installatie. Dit elektrisch dossier is opgebouwd uit verschillende documenten, verslagen en procedures. In deze sessie wordt toelichting gegeven bij de inhoud van dit dossier, en zal er ook worden ingezoomd op de risico’s verbonden aan elektriciteit.

Plaats van de preventieadviseur binnen een DBFM (design-build-finance-maintain) dossier voor schoolgebouwen De inhaaloperatie voor onderwijsinfrastrucuur is gekend onder de noemer “Scholen van Morgen”. Deze operatie heeft een DBFM-vorm gekregen. Voor veel preventieadviseurs in scholen is deze manier van werken onbekend terrein. De school is immers geen bouwheer. Het concept DBFM en de rol van de preventieadviseur wordt verduidelijkt door een specialist.

Wanneer u een feest/evenement op school organiseert, bent u niet alleen verantwoordelijk voor uw eigen veiligheid, maar ook voor die van de bezoekers.

Misschien had u graag een antwoord op de volgende vragen?

-         Waar moet ik op letten?

-         Zijn er speciale reglementen of wetten die gevolgd moeten worden?

-         Heb ik als organisator alles in het werk gesteld om het feest/evenement veilig te laten verlopen.

-         …

“Wil je weten hoe overheden en interventiediensten zich voorbereiden op noodsituaties? Ben je benieuwd naar de manier waarop het crisisbeheer in België georganiseerd is?

Voorbereiding op noodsituaties is cruciaal. Dit gebeurt op verschillende manieren, zoals door het identificeren van potentiële risico’s, via het opstellen van nood- en interventieplannen en door het organiseren van noodplanoefeningen.

Veiligheid uit zich in verschillende deelaspecten:

• handhaving van rust en openbare orde
• waarborgen van de veiligheid van personen en eigendommen
• coördinatie van de hulpverlening bij noodsituaties
• informatie aan de bevolking
• opleiding van interventiediensten

Om een snelle en gecoördineerde hulpverlening mogelijk te maken tijdens een noodsituatie worden noodplannen opgesteld op niveau van de burgemeester, van de gouverneur en van de minister. Een noodplan is een beleidsinstrument dat bedoeld is om een snelle inzet van beschikbare hulpverleningsmiddelen mogelijk te maken en een optimale coördinatie van die middelen te realiseren. De noodplannen worden opgesteld om te zorgen voor de bescherming van de bevolking en het leefmilieu.

Wat is onze taak als school bij een noodsituatie? Wat wordt er van ons verwacht? Wie doet wat?”

Gelieve het volgende te voorzien:

• een laptop en een USB stick
• veiligheidsschoenen (= verplicht te dragen bij het betreden van de werkplaatsen in het Stedelijk Onderwijs).

Situering en programma:

Volgens de algemene principes betreffende het welzijnsbeleid moeten er risicoanalyses worden opgemaakt van o.a. werkplaatsen.

(zie Codex: Boek I. Algemene beginselen en Boek IV. Arbeidsmiddelen / Titel 2. Bepalingen van toepassing op alle arbeidsmiddelen / Bijlage IV.2-2. Algemene minimumvoorschriften bedoeld in de artikelen IV.2-2 en IV.2-12)

In het eerste deel wordt de risicobeoordeling theoretisch toegelicht.

Met deze risicobeoordeling gaan we de risico’s van het arbeidsmiddel opsporen en dit op basis van de algemene voorschriften voor de arbeidsmiddelen, aangevuld met het opsporen en inventariseren van de restrisico’s.

Aan deze risicobeoordeling is een evaluatiemethode gekoppeld, waardoor er bepaald kan worden of aanvullende preventiemaatregelen noodzakelijk zijn.

In het tweede & derde deel gaan we deze risicobeoordeling in de praktijk toepassen.                          We gaan hiervoor naar de werkplaatsen van houtbewerking van het Stedelijk Lyceum Meir in de Eikenstraat 8 te Antwerpen, waar de deelnemers, verdeeld in kleine groepjes, een aantal machines onder de loep gaan nemen.

De interactie tussen de deelnemers in de verschillende groepjes en de lesgever, zal de basis vormen om tot volwaardige risicobeoordelingen te komen.

BELANGRIJK: Iedereen is verplicht om veiligheidsschoenen te dragen!
 

Doelstelling:

Na het volgen van deze opleiding, kan elke deelnemer zelfstandig verder aan de slag in zijn of haar school met het opmaken van volwaardige risicobeoordelingen van machines, toestellen, handmachines, installaties, … .

Elke deelnemer zal op het einde van de opleiding ook alle uitgewerkte risicobeoordelingen van alle machines die onder de loep werden genomen, meekrijgen op zijn persoonlijke USB stick

Sessie: 2.08   10:45-12:00 uur Deel 1 theorie

Sessie: 3.08   13:00-14:15 uur Deel 2 praktijk

Sessie: 4.08   14:30-15:45 uur Deel 3 praktijk

De afstemming tussen onderwijs en arbeidsmarkt is een thema dat de laatste jaren steeds meer aandacht geniet, zowel op het vlak van het onderwijsaanbod als bij de uitwerking van de leerprogramma’s. In het kader van leerprogramma’s zien we dat leerlingen meer en meer naar de werkvloer gebracht worden om daar te gaan leren. Dit kan verschillende vormen aannemen. 

Bij de organisatie van leerlingenstages, observatieactiviteiten en praktijklessen op verplaatsing moeten onderwijsinstellingen rekening houden met de onderwijsregelgeving, de welzijnswetgeving en de arbeidswetgeving. 

In deze sessie wordt gekeken naar de aansprakelijkheid en de veiligheid.

Lawaai in het onderwijs is soms nog onderschat maar veroorzaakt heel wat leed bij leerkrachten. Leerkrachten worden dagelijks blootgesteld aan een geluidsniveau van minimum 71 dB(A). Op de speelplaats en in de sporthal overschrijdt het geluid zelfs de drempel van 85 dB(A). De mogelijke gevolgen zijn gehoorschade en stemproblemen.
Wat kan je hieraan doen? Welke preventiemaatregelen kan je treffen?

Een gezonde volwassene haalt in rust 15 tot 20 keer per minuut adem. Kinderen, schoolgaand en jonger, doen dit veel vaker. Een kleuter haalt gemiddeld bijna twee keer zoveel adem in vergelijking met een volwassene en een zuigeling zelfs bijna drie keer zoveel.  Elke ademhaling telt, zeker omdat kinderen hun longen nog volop in ontwikkeling zijn en de luchtkwaliteit in de klaslokalen vaak slechter is dan de kwaliteit van de buitenlucht op de speelplaats.

Hoe kan jij als preventieadviseur meehelpen om kinderen op school gezondere lucht te laten inademen? In deze sessie vertellen we wat je moet weten over de luchtkwaliteit op en in de omgeving van de school en wat jij kan doen om deze te verbeteren.

De inhoudelijke invulling van de sessie is een samenwerking tussen het Agentschap Zorg en Gezondheid, VIGeZ, Departement Omgeving en de medisch milieukundigen van de logo’s.

Geweldincidenten, waarbij de dader in een vlaag van blind geweld zoveel mogelijk slachtoffers tracht te maken, noemen we een AMOK-incident. Niet tegenstaande een AMOK-incident gelukkig niet zo vaak voorkomt, is de maatschappelijke impact ervan zeer groot. Om die reden is preventie belangrijk. Informeren en sensibiliseren is daarbij cruciaal. Er wordt uitgelegd welke procedure best gevolgd kan worden en hoe we ons kunnen voorbereiden. Tegelijkertijd moet erover gewaakt worden dat angst en onzekerheid niet wordt gestimuleerd en stigmatisaties van bepaalde personen wordt voorkomen.